|
Gerelateerde Cursussen | |
Assertiviteit |
Je baas begrijpt je niet, je collega's gaan er met jouw goede ideeën vandoor en in je vriendenkring zijn het meestal de anderen die de agenda bepalen. Laat je het allemaal over je heen komen, kies je de frontale aanval of zeg je gewoon wat het met je doet?
Assertieve mensen doen het laatste. Ze komen op voor zichzelf, geven hun mening of uiten hun gevoel zonder zich schuldig, beschaamd of onzeker te voelen. Een cursus assertiviteit voor wie beter wil leren opkomen voor zichzelf.
Opkomen voor jezelf: makkelijk gezegd maar in veel gevallen moeilijker om te doen. Vaak weet je pas achteraf hoe je had moeten reageren of wat je had moeten doen. Waarom doe je het niet gewoon als het moment zich voordoet?
Stel je de volgende situatie voor:
Op weg naar een moeilijke vergadering, neem je plaats in een stiltecoupé. Je wilt de vergaderstukken nog eens doornemen en hebt rust nodig om je op de complexe onderwerpen te concentreren. Net op het moment dat je wilt beginnen, begint je buurman op luide toon een telefoongesprek. Je andere reisgenoten doen niets. Wat doe jij?
Wie kiest voor de eerste optie, laat zich in veel gevallen leiden door gedachten als: 'Misschien wordt die man wel boos als ik er iets van zeg' of 'zo erg is het ook weer niet, ik houd het wel uit.' Of: 'misschien zegt iemand anders er wel iets van.'
Niet reageren, duidt op subassertief gedrag. In situaties zoals in het voorbeeld is dit gedrag niet effectief. Je ontziet de ander om de verkeerde redenen, namelijk vanwege je eigen verlegenheid of onzekerheid. Je geeft geen grenzen aan, neemt geen verantwoordelijkheid en voelt je het slachtoffer. Daardoor kom je met jezelf in de problemen.
De tweede reactie is evenmin effectief. Het is een voorbeeld van agressief gedrag. Je bereikt er misschien mee dat de man zijn gesprek beëindigt maar je hoeft de rest van de reis niet meer te rekenen op een vriendelijke blik. Sterker nog: de spanning zal voelbaar zijn in die kleine coupé. Een agressieve reactie is in dit geval buitenproportioneel. Je verbreekt er onmiddellijk alle contact mee of –erger- je krijgt ruzie met je omgeving.
De laatste reactie is een voorbeeld van assertief gedrag. Je hebt last van het gedrag van de ander en komt voor jezelf op. Gedachten die bij dit gedrag passen zijn: 'ik kan me niet concentreren en heb het recht hem in deze stiltecoupé te vragen niet te telefoneren.' Door vastberaden en vriendelijk om stilte te vragen, is de kans groot dat de ander zich jouw reactie zal aantrekken.
De kern van assertief gedrag is dat je voor jezelf durft op te komen, je eigen mening en je gevoel durft te uiten zonder je schuldig of onzeker te voelen. Hoe doe je dat? In de eerste plaats zul je jezelf en je gedrag moeten (her)kennen. Pas dan kun je obstakels opsporen en uit de weg ruimen.
Gedrag is voor het grootste gedeelte aangeleerd. Hoe we ons gedragen in bepaalde situaties heeft veel te maken met onze opvoeding en met de 'lessen' van onderwijzers, vrienden en andere leermeesters. Hoe moest jíj je gedragen om in de smaak te vallen? Welk gedrag leverde je waardering op? Welk gedrag werd juist afgestraft?
Sommige gebeurtenissen uit het verleden hebben zich vastgezet in ons geheugen. Soms zijn ze een heel eigen leven gaan leiden in de vorm van gedachten en overtuigingen. Sommige van die gedachten weerhouden ons ervan voor onszelf op te komen.
Mogelijke obstakels:
Gedachten vallen in twee soorten uiteen:
Irrationele gedachten leveren vaak een belemmering op in het functioneren. Ze zijn niet gebaseerd op dé werkelijkheid maar op een zelfbedachte werkelijkheid.
Als jongste telg in het gezin was er bij de anderen weinig oor voor jouw mening. Het kan zo zijn dat die ervaring je tot de volgende overtuiging heeft gebracht: 'niemand luistert ooit naar mijn mening.'
Dat is een irrationele gedachte. Wat je vroeger misschien in sommige situaties hebt ervaren, geldt niet noodzakelijk voor alle situaties in het heden. Bovendien helpt zo'n overtuiging je niet je doelen te bereiken. Hij brengt je alleen in conflict met jezelf en met je omgeving.
Wie assertiever wil handelen, doet er goed aan te analyseren welke irrationele gedachten hem daarin belemmeren. Een manier om dat te doen is de RET-methode, de Rationele Effectiviteitstraining of – in therapeutisch jargon – de Rationeel Emotieve Therapie.
RET gaat ervan uit dat ons denken bepaalt hoe we ons voelen en hoe we ons gedragen. Anders gezegd: wie zich bewust is van zijn gedachten en de vertekeningen daarin, kan zijn gevoel en zijn houding en gedrag positief beïnvloeden. De RET-methode maakt je bewust van irrationele belemmerende gedachten. Heb je je de RET-denkwijze eigen gemaakt, dan wordt het makkelijker assertief gedrag te vertonen en subassertief of zelfs agressief handelen een halt toe te roepen.
Rationele Effectiviteitstraining (RET)De Rationele Effectiviteitstraining (RET) is een methode om ongewenst gedrag of emoties van jezelf om te buigen naar meer effectief gedrag of effectievere emoties. Je kunt elke RET-situatie te lijf met het 8-stappenplan in deze cursus. |
Denk bijvoorbeeld aan obstakels als perfectionisme, angst voor afwijzing, zelfonderschatting.
Stel jezelf vragen om na te gaan of je gedachte waar is. Bijvoorbeeld:
Ik ben dom → Ben ik dom of heb ik iets doms gedaan?
Dit zal ook wel weer mislukken → Hoe weet ik dat zo zeker? Ging het ook wel eens goed? Welke feiten wijzen op een mislukking?
Ik mag geen fouten maken → Waar staat dat? Wie zegt dat?
Als ik de opdracht niet afkrijg, denkt hij vast dat ik lui ben → Hoe weet ik dat hij dat denkt?
Als ik nee zeg, vindt hij mij niet aardig → Hoe weet ik zo zeker dat dit zo is? Waarom moet hij mij aardig vinden?
Formuleer gedachten die beter kloppen met de werkelijkheid. Ze helpen je verder.
Ik ben dom → Ik ben goed in ...
Dit zal ook wel weer mislukken → Als ik niets probeer, kan ik ook niets leren
Ik mag geen fouten maken → Fouten maken is menselijk. Van fouten kan ik leren.
Als ik nee zeg, vindt hij mij niet aardig → Het is onmogelijk het iedereen naar de zin te maken. Ik blijf dezelfde (aardige) persoon, of ik nu ja of nee zeg.
Onderhandelen met je opdrachtgever, samenwerken met collega's. Afstemming is van wezenlijk belang om de ander 'mee' te krijgen. Zowel op het werk als in privésituaties. Afstemming gaat over de inhoud maar ook over de vorm. Dat vraagt enige assertiviteit. Om daadwerkelijk tot afstemming te komen, moet je namelijk zeggen wat je denkt en wat je voelt en wat je van de ander verwacht. Doe je dat niet, dan lijkt het voor de ander misschien alsof je het onderling eens bent maar zelf zit je misschien opgezadeld met een klus waar je geen zin in hebt.
Afstemmen betekent: verwachtingen in overeenstemming brengen. Heeft je baas andere verwachtingen van een projectresultaat dan jijzelf, dan ontstaan er geheid misverstanden, ergernissen en problemen.
Toch gaat het op dit punt vaak mis. We gaan er gemakshalve van uit dat de ander 'wel zal weten' wat wordt verwacht, we checken niet of op dezelfde lijn zitten en denken te weten dat taakverdeling en verantwoordelijkheden duidelijk zijn.
Waarom eigenlijk? Omdat we niet als muggenzifter te boek willen komen staan, moeilijke gesprekken liever uit de weg gaan en het de ander niet al te moeilijk willen maken. Zo'n niet-assertieve houding keert zich in veel gevallen tegen je.
Wie problemen wil voorkomen, streeft naar overeenstemming en komt op voor zijn belangen. Krijg je een opdracht of ga je met anderen samenwerken aan een project, dan vraag je vooraf duidelijkheid over deze zaken:
Je opdrachtgever aan de andere kant verwacht ook dingen van jou. Bijvoorbeeld:
Lukt het niet gemaakte afspraken na te komen, dan meld je het tijdig met opgaaf van redenen.
Verantwoordelijkheid nemen voor dingen die fout gaan of anders lopen. Dus niet de schuld afschuiven op een ander maar zélf aan het stuur staan van je project.
Gevraagd en ongevraagd informeren over de stand van zaken van je project. Niet alleen op de geplande momenten maar ook tussentijds bijvoorbeeld als zaken veranderen of als een andere koers gewenst is. De meeste leidinggevenden hebben er geen behoefte aan tot in detail op de hoogte te zijn. Beperk je daarom tot relevante informatie en schep reële verwachtingen.
Met inhoudelijke afstemming alleen ben je er niet. Het gaat erom de ander op de juiste manier te ráken.
Een opdrachtgever die van grote lijnen houdt, verliest zijn aandacht als je tot in detail de zaken met hem wil doorspreken. Is je opdrachtgever juist een muggenzifter, focus dan liever op concrete en gedetailleerde informatie.
We noemen drie veelvoorkomende typen opdrachtgevers die elk een eigen gebruiksaanwijzing hebben:
Hoe waardevol het ook is de gebruiksaanwijzing van de ander te kennen, verlies je eigen belangen niet uit het oog. Vraag ook aandacht voor de zaken die jíj belangrijk vindt.
De resultaatgerichte opdrachtgever gaat voor hogere doelen, mooie prestaties en grootse plannen. Hij haakt af als het gaat over moeilijkheden of strubbelingen. Het gaat hem immers om het resultaat, níet om het proces.
Een opdrachtgever die over je schouder meekijkt, doet dat vaak omdat hij bang is voor problemen. Sterker nog: hij wil ze uit alle macht voorkomen. Daarin gaat hij soms zover dat hij bij elke nieuwe stap in een project vooral formuleert hoe hij het níet wil.
Een planner houdt van ordening. Hij werkt graag met lijstjes, overzichten en schema's, houdt zich aan afspraken (en verwacht dat van anderen) en neemt snel beslissingen. Van losse eindjes of onuitgewerkte plannen krijgt hij de kriebels. Val hem niet lastig met proefballonnetjes. Raadpleeg de planner pas als je alles inzichtelijk en overzichtelijk in beeld hebt gebracht.
In welke situaties vind je het moeilijk assertief te zijn? Als je 'nee' moet verkopen, je emoties moet verwoorden of als je gedwongen wordt te onderhandelen over iets dat waardevol voor je is? Iedereen heeft weer andere voorbeelden paraat.
Hoe verschillend de lastige situaties ook zijn, ze hebben één ding gemeen: ze zijn te tackelen met de RET-methode. We illustreren het met twee veelvoorkomende assertiviteitsproblemen:
Ja-zeggen omdat je 'nee' simpelweg niet over je lippen kunt krijgen. Herken je dat?
Veel mensen doen het. Uit angst, onzekerheid of schuldgevoel. En wat is het gevolg? Je komt in de knoop met jezelf, bent opgezadeld met iets wat je helemaal niet wilt en je houdt uiteindelijk ook de ander voor de gek omdat je niet oprecht bent in je bedoelingen. Het kán anders. We geven je enkele tips.
Een voorbeeld:
Een collega heeft privéproblemen. Hij kan zijn werk even niet aan en wil enkele klussen aan jou over te dragen. Je zit zelf tot over de oren in het werk en kunt er eigenlijk niks extra's bij hebben. Tegelijkertijd vind je het moeilijk om nee te zeggen. Je bent bang hem te kwetsen en wilt voorkomen dat hij boos wordt. En, last but not least: je voelt je schuldig want: goede collega's staan altijd voor elkaar klaar.
Ga na of die gedachten waar zijn.
Wanneer kwets je iemand? Misschien als je botweg zegt dat hij zelf zijn problemen maar moet oplossen en ze niet bij jou moet neerleggen. Maar niet als je uiteenzet hoe overvol jouw takenpakket al is, hoe rot je het ook voor hem vindt dat je niets van hem kunt overnemen. Daarmee toon je respect voor de situatie van de ander én neem je jezelf serieus.
Waarom denk je dat? Hoe kom je aan deze veronderstelling? Je vult de reactie van de ander in zonder dat je hem checkt.
En nog iets: wat áls hij boos of teleurgesteld is om je afwijzing? Dat mag. Je kunt begrip tonen voor zijn reactie en tóch besluiten niet op het verzoek van je collega in te gaan.
Goede collega's staan altijd voor elkaar klaar, is jouw stellige overtuiging. Maar: Waar staat dat? Wie zegt dat? Hoe kom je aan die norm.
Als ik nee zeg, kwets ik hem → Hij heeft het recht hulp te vragen, ik heb het recht 'nee' te zeggen.
Als ik nee zeg, wordt hij boos → Het is onmogelijk het iedereen naar de zin te maken. Ik heb het recht om zelf keuzes te maken.
Ik moet hem helpen anders ben ik geen goede collega → Ik ben niet verantwoordelijk voor zijn problemen.
Nee zeggenNee zeggen is moeilijk. In deze korte cursus vind je meer over hoe dat komt en vooral wat je eraan kunt doen. Als je eenmaal goed 'nee' kunt zeggen is dat niet alleen voor jezelf heel prettig maar ook voor anderen. |
Veel mensen vinden het moeilijk op te komen voor hun mening. Geldt dat ook voor jou? Dat kan je aardig in de weg zitten. Want voor je het weet word je overladen met cadeaus die je niet mooi vindt, doe je mee aan activiteiten die je niet boeien en zit je urenlang te luisteren naar de oeverloze verhalen van anderen zonder dat je er iets tegen durft in te brengen.
Voorbeeld:
Sinds een paar maanden werk je als communicatiemedewerker bij een gemeente. Je bent vastbesloten er iets van te maken en je beschouwt deze baan als een prachtige kans om carrière te maken. De wekelijkse stafvergadering is voor jou hét moment om ervaringen uit te wisselen met communicatiecollega's en om te leren van elkaars inhoudelijke ervaringen. Het loopt anders. Twee senior-medewerkers gebruiken zeker de helft van de vergadertijd om te ginnegappen over collega's en bestuurders. Niemand grijpt in. Jij durft er niets van te zeggen omdat je bang bent dat ze je een saaie tut vinden en dat ze je niet serieus nemen.
Ga na of die gedachten waar zijn.
Je wéét niet wat anderen denken. Misschien vinden sommigen je wel een saaie tut, maar daardoor bén je het nog niet. En: stél dat enkele collega's je saai vinden, wat dan nog? Dat is geen ramp maar hooguit vervelend.
Waarom denk je dat? Door niets te zeggen (subassertief te reageren) neem je jezelf niet serieus. Je bereikt je eigen doelen niet zolang je je mond houdt over je ergernis.
Als ik iets zeg, vinden anderen mij een saaie tut → Ik wil werken aan mijn ontwikkeling. Het is irreëel te verwachten dat iedereen mij interessant, slim en belangrijk vindt.
Als ik iets zeg, nemen anderen mij niet serieus → Ik mag opkomen voor mijn mening. Ik respecteer ook de mening van anderen.
Zijn vrouwen minder assertief dan mannen? Nee, vinden mensen die vrouwen roemen om hun vaardigheid emoties te benoemen, moeilijke gesprekken aan te gaan en kritische vragen te stellen. Ja, zeggen de cijfers die nog steeds duiden op een glazen plafond, de onzichtbare barrière die vrouwen verhindert door te stoten naar topposities en evenveel te verdienen als mannelijke collega's. Tips voor assertieve vrouwen.
Wat wil je bereiken in je werk? Formuleer je doelstelling. Je bereikt meer als je doelstelling in overeenstemming met die van je bedrijf en als je kunt aantonen hoe jij bijdraagt aan het realiseren van organisatie- of projectdoelstellingen.
Houd je doel voor ogen. Laat je er niet vanaf brengen door sociale normen die nog steeds zeggen dat je als vrouw aardig, lief of hulpeloos moet zijn. Waarom zou dat zo zijn? Dergelijke gedachten werken alleen maar contraproductief in het realiseren van je doel. Voor een succesvolle carrière is het beter om te veranderen in een 'snelle meid'.
Dat kan ik niet, is een veelgehoord argument van vrouwen om níet te solliciteren op een uitdagende functie. Jammer, want er staan tig mannen klaar om het wél te doen. Mannen voor wie jij in veel gevallen niet onderdoet in kennis en ervaring. Leg het lijstje van functie-eisen en je profiel naast elkaar en je zult zien dat je een heel eind komt. Formuleer positief, benadruk wat je wél kunt.
Zoek ook binnen je werk naar uitdagingen. Met braaf je werk doen, kom je niet verder. Je valt op als je een bijzondere prestatie levert. Word belangrijk voor je baas. Vráág om moeilijke klussen en gá ervoor...
Pak een project aan op jóuw manier. Verzeker je van de steun van je opdrachtgever, vraag om commitment op het resultaat en kies vrijheid in het proces. Houd je intussen wel aan deadlines en afspraken met opdrachtgevers. Waak voor 'nee-zeggers' en 'ja-maar'-figuren. Geef je visie, ga het gesprek aan maar verlies niet het vertrouwen in jezelf en in je prestaties.
Wacht niet op de jaarlijkse salarisronde om er een periodiekje bij te krijgen, dwing het af. Met spetterende prestaties en overtuigende argumenten. Onderhandel als een beest om te krijgen wat je (mannelijke) collega ook krijgt. Waar staat eigenlijk dat bescheidenheid de mens siert? Laat je niet uit het veld slaan door argumenten als slechte economie of tegenvallende cijfers. Weet wat je waard bent, ga creatief en doortastend te werk. Verzamel goede argumenten. Ga er niet zomaar vanuit dat je werk voor zich spreekt en dat je wel zult krijgen wat je verdient. Vraag wat je waard bent.
Voor veel vrouwen is een klus pas af als alle puntjes op de i staan. Een mooi streven, maar waar komt het vandaan? Misschien toch de angst om door de mand te vallen? De neiging om een ander te pleasen?
Perfectionisme houdt je gemakkelijk af van je hogere doel. Wie zich verliest in details, heeft namelijk geen tijd en energie over voor 'grote projecten'. Delegeer! Laat anderen het routinewerk doen en voel je er niet schuldig over. Waarom zou je?
Aardig gevonden willen worden. Voor veel vrouwen is het nog steeds een struikelblok op weg naar de top. Want wie hogerop komt, moet afstand nemen. En afstand betekent dat je er soms, in sommige clubs, niet meer bij hoort en dat anderen óver in plaats van mét je praten.
Waarom zou je het liefste meisje van het bedrijf willen zijn? Het is irreëel om dat te verwachten. Als mensen je niet aardig vinden, betekent dat nog niet dat je het niet bént.
Succes geboekt? Maak het wereldkundig en laat anderen in je succes delen. Geef ze de credits die ze verdienen en ga niet alleen met de veren strijken. Neem complimenten zelfbewust in ontvangst. Wuif ze niet weg, bagatelliseer ze niet maar zeg simpelweg 'dankjewel'.
Houd tegelijkertijd voor ogen dat je zelfwaardering niet afhankelijk is van hoe anderen je waarderen.
Neergeslagen ogen, hangende schouders, een zachte stem. Stuk voor stuk signalen die duiden op onzekerheid en zwakte. Keer ze om! Wees je bewust van je non-verbale gedrag: maak oogcontact, spreek duidelijk, ondersteun je woorden met krachtige gebaren.
Problemen zijn er om opgelost te worden, níet om van wakker te liggen. Ga ze aan op het moment dat ze zich voordoen. Is een collega de oorzaak van een probleem? Spreek hem of haar rechtstreeks aan en wacht niet lijdzaam tot het overwaait. Praat mét de persoon, niet óver hem. Wees diplomatiek en verlies je niet in emoties.
Zet belemmerende irrationele gedachten om in rationele, assertieve gedachten die je verder helpen. Gebruik de RET-methode.
Niet: Ik ben totaal mislukt in deze klus.
Maar : Ik heb deze klus op de onderdelen x en y niet goed gedaan. De onderdelen a, b en c voldoen helemaal aan de verwachtingen.
Maak je duidelijk dat het om jóu gaat. Gebruik een ik-boodschap.
Niet: Als je ergens mee zit, kun je je niet concentreren.
Maar: Als ik ergens mee zit, vind ik het moeilijk me te concentreren.
Niet: Jij bent ongeïnteresseerd.
Maar: Als ik je vraag om een gesprek heb je geen tijd. Ik heb daardoor het gevoel dat je niet geïnteresseerd bent.
Maak het concreet.
Niet: Jij luistert nooit naar mijn mening.
Maar: Toen ik mijn mening gaf over onderwerp X, deed je alsof je me niet hoorde.
Formuleer positief.
Niet: Ik vind het niet leuk dat je me telkens in de rede valt.
Maar: Ik zou het fijn vinden als je me laat uitpraten en wacht met reageren tot ik mijn zegje heb gedaan.
Breng dit tot uiting in je formuleringen. Bijvoorbeeld:
Niet: Dit moet af.
Maar: Ik wíl dit afmaken.
Herken het 'type' van je gesprekspartner, zowel inhoudelijk als relationeel.
Kritische feedback geven gaat een stuk makkelijker als je weet waarover je het wilt hebben en wat je wilt bereiken. Dat betekent dat je eerst bij jezelf te rade moet gaan. Wat is het precies waar je kritiek op hebt? Waar stoor je je aan? Welk effect heeft het gedrag van je gesprekspartner op jouw functioneren? Welke voorbeelden kun je noemen?
Als je het antwoord scherp hebt, probeer je de kritiek zó te brengen dat je gesprekspartner hem begrijpt. In heldere bewoordingen, neutraal geformuleerd zonder beschuldigingen.
Auteur: Corona de Wert in opdracht van Leren.nl.
Bron: www.leren.nl/cursus/sociale-vaardigheden/assertiviteit/
Copyright © 1999-2024 Applinet
Alle rechten voorbehouden
Colofon